Zo liepen wij, het nageslacht van de familie Roze, in de prachtige lentezon door de duinen. Er moet meer gebanjerd worden. Een minister van banjeren in Balkenende V, ten minste.
Ondanks de zondag en het stralende weer was het zeer rustig.
Onderweg kwam één gezin ons tegemoet. Vader, moeder, een andere volwassene, een stoetje kinderen.
(Er moeten meer stoetjes komen. Dat er maar drie kinderen zijn, maar dat ze zo'n gezellige indruk maken, dat je het een stoet zou willen noemen. Drie is nauwelijks een stoet, dus wordt het een stoetje. Een massa'tje kinderen.)
De vader zei ons in het voorbijgaan vriendelijk gedag.
"Wat?", vroeg de jongste van het stel verbaasd aan zijn vader.
"Kén jij die??"
Geef een reactie